Woede en verdriet verenigen het land

5 juli 2018

door Goran Trkulja en

“Mijn lieve David, mijn dierbaarste, onze lieve David, onze dierbaarste”. Met deze woorden begint Davor Dragičević iedere avond sinds 26 maart zijn toespraak op het centrale plein in Banja Luka, een stad in Bosnië.

Achter hem staat steevast een groep vrienden van zijn zoon David, allemaal gekleed in witte T-shirts met zijn foto: David met zonnebril en dreadlocks en de woorden “Pravda za Davida”  (Gerechtigheid voor David). Op het plein verzamelt zich iedere avond om half acht een menigte, soms enkele tientallen, soms wel een paar honderd mensen.

David Dragičević (21) is in de nacht van 17 op 18 maart verdwenen. Op 24 maart is zijn levenloze lichaam gevonden aan de oever van de rivier de Vrbas net buiten het stadscentrum van Banja Luka. Volgens de politie waren er geen aanwijzingen dat David is vermoord. Wel zou hij in de avond voor zijn verdwijning een huis hebben beroofd. In zijn bloed zouden sporen van LSD zijn aangetroffen. De boodschap van de politie was duidelijk: David Dragičević was een junkie die na de woninginbraak per ongeluk van een brug was gevallen. Zijn dood was dus zijn verdiende loon, impliciet gezegd.

Mishandeld

Zowel de familie en vrienden van David als een groeiende groep burgers geloven dat verhaal niet. Uit forensisch onderzoek was naar voren gekomen dat David niet zes, maar hooguit vier dagen dood was en dat hij voor zijn dood zwaar mishandeld was. Voor zijn vader was het duidelijk: zijn zoon is vermoord door de politie. Hij weet alleen niet wie de daders zijn en wat hun motieven waren. 

De mediaandacht voor de zaak Dragičević bracht andere onopgeloste moorden in Bosnië aan het licht. Muriz Memić, vader van de tweeëneenhalf jaar geleden vermoorde Dženan, voert in Sarajevo dezelfde strijd voor waarheid en gerechtigheid rondom de moord op zijn 21-jarige zoon. Volgens Memić is zijn zoon uit jaloezie vermoord en is de dader de zoon van een hoog gepositioneerde politicus, waardoor hij wordt beschermd door het Openbaar Ministerie. Toen de twee vaders elkaar in mei dit jaar troffen, gebeurde er iets wat in Bosnië sinds de burgeroorlog ondenkbaar was. De woede op de corrupte regimes, gewekt door de moord op de twee jongens, verenigde de mensen van verschillende etnische groepen. Twee vaders – een Bosnische moslim (Memić) en een Bosnische Serf (Dragičević) die in de oorlog tegenover elkaar zouden hebben gestaan – zijn symbool geworden van de strijd tegen de corrupte regimes die Bosnië verlammen.

Verdeeld land

Bosnië is 22 jaar geleden verdeeld uit de driejarige burgeroorlog gekomen. Republika Srpska is het Servische deel met Banja Luka als de hoofdstad. Sarajevo is de hoofdstad van de Bosnische Federatie waar Bosniërs en Kroaten de meerderheid hebben. Sindsdien is elk initiatief tot grondwetsverandering, die het land uit de politieke impasse kan leiden waarin het zich nog steeds bevindt, door de etnische leiders geblokkeerd. Daarom hebben de leiders ieder de absolute macht in hun eigen deel, wat een vruchtbare bodem is voor machtsmisbruik en criminaliteit.  

Op 15 mei hielden de twee vaders in Sarajevo een open bijeenkomst “voor David, Dženan en al onze kinderen”. Dragičević: “Mijn zoon is vermoord door het systeem dat hier regeert. De moordenaars bevinden zich onder de politie en de politiek.” Voor die woorden werd deze Servische oorlogsveteraan met een applaus begroet in Sarajevo, nota bene de stad die tijdens de oorlog gedurende drie jaar door de Serven omsingeld was geweest.

Vader Memić (links) en vader Dragičević (rechts).

Facebookgroep

„Zijn oproep aan de bevolking in heel Bosnië om op te staan tegen dat corrupte systeem was een politiek statement waarmee veel mensen zich konden identificeren”, zegt politiek analist en cultuurwetenschapper Srdjan Šušnica uit Banja Luka.

Op Facebook heeft de groep “Pravda za Davida” al meer dan 320.000 volgers. “Dat is de grootste multi-etnische groep die ooit is ontstaan in Bosnië,” zegt Daniela Ratešić-Došen, de moeder van één van David’s vrienden en medebeheerder van de groep.

“De drugsmaffia en criminelen zijn als de tentakels van een octopus die de hele samenleving in hun greep hebben. De vermoorde David schreef in zijn raplied ‘De jongen uit het getto’ over jongeren die worden gegijzeld door de drugsmaffia. Dat liedje is een hymne op het plein geworden en nu is hijzelf het slachtoffer geworden van die maffia”,  zegt Ratešić-Došen.

De grote animo voor de groep “Pravda za Davida” op Facebook en onder de bevolking komt door de verandering van de politieke en economische context in het land in afgelopen vier jaar, verklaart Šušnica. 

Vader Davor voor de foto van zijn vermoorde zoon David.

Corruptie

“Het regime wordt nu door velen als ondemocratisch en dictatoriaal gezien. Jonge mensen verlaten het land, er zijn geen investeringen en de economische perspectieven zijn slecht. Tegelijkertijd is de criminaliteit alomvattend en wordt corruptie zelfs niet meer verborgen. Zo is bijvoorbeeld algemeen bekend wat iemand aan smeergeld moet betalen om een baan bij de overheid te krijgen of voor een bepaalde chirurgische ingreep bij een ziekenhuis. Ouders willen alleen maar goed onderwijs, een veilige omgeving en een zekere toekomst voor hun kinderen. Ook de mensen met een baan zijn ontevreden omdat het systeem niet deugt. Dat is de context waarin de protesten nu worden gehouden”, aldus Šušnica.

Šušnica, die zelf in februari dit jaar vanwege doodsbedreigingen Banja Luka moest verlaten, zegt dat “het verzet in Republika Srpska een verzet is tegen een falende staat, waar de politieke maffia regeert en de burgers op geen enkele bescherming van de staat kunnen rekenen.”

David
Vader Muriz Memic.

Breuk met clan 

Opvallend is dat de president van Republika Srpska, Milorad Dodik, een week voor de grote bijeenkomst in Banja Luka, kritiek uitte op de traagheid en slordigheid van het Openbaar Ministerie in de zaak Dragičević. Dat kwam als een verrassing voor velen. Dat is verkiezingsretoriek voor de verkiezingen in oktober dit jaar, zeggen analytici. Anderen zien daarin de aankondiging van de breuk met de clan rondom de machtige minister van binnenlandse zaken, Dragan Lukač. Deze clan is beschadigd door negatieve publiciteit.

Op 7 juli komen mensen uit heel Bosnië en zelfs de buurlanden Servië en Kroatië naar Banja Luka om “Gerechtigheid voor David, Dženan en al onze kinderen” te eisen. De vaders Dragičević en Memić zullen de mensen toespreken, maar de politici mogen niet komen. “Ze krijgen geen kans om ons als middel voor hun verkiezingscampagne te gebruiken”, zegt Daniela Ratešić-Došen.

Banja Luka, Bosnië en Herzegovina, 01 juli 2018

Waardeer dit artikel

Dit artikel lees je gratis. Vind je het artikel en onze inzet de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten blijken door een bijdrage. Zo help je onze journalisten en RFG Media.

Mijn gekozen bedrag: € -

Over de auteur

Over de auteur

Goran Trkulja

Goran Trkulja is geboren in 1959 in een klein dorpje in Vojvodina, een provincie van Servië in voormalig Joegoslavië. Hij werkte als freelance journalist voor o.a. weekblad Vreme (Belgrado) en Radio Sarajevo en was verslaggever, commentator en adjunct-hoofdredacteur van dagblad Glas (Banja Luka).
In 1992 kwam hij als politiek vluchteling naar Nederland. Hier werkte hij als freelance journalist en radiomaker voor o.a. De Volkskrant, Trouw, Brabants Dagblad, Drentse Courant, Humanistische Omroep Stichting, VPRO en de EO.
Tussen 2016-2018 begeleidde hij minderjarige alleenstaande vluchtelingen (AMV) uit Eritrea. Sinds 2022 is hij begeleider/coach/mentor en co-trainer van AMV-woonbegeleiders bij Nidos in Utrecht.
Af en toe schrijft hij opiniestukken en boekrecensies voor het mediaplatform Buka (www.6yka.com) in Bosnië en Herzegovina.

Naar profielpagina