Voor de Koerden was Qasem Soleimani een aartsvijand
21 januari 2020
door Bahman Azarmidkht en
Als leider van de Qads Brigade van de Iraanse Revolutionaire Garde was Qasem Soleimani een sponsor van terroristische organisaties die voor instabiliteit zorgden in heel het Midden-Oosten. Maar Soleimani was ook betrokken bij vele plannen gericht tegen de Koerden in Turkije, Iran, Irak en Syrië. Voor de Koerden is zijn uitschakeling van grote betekenis.
Zelf werkte ik in 2017 als verslaggever voor de Koerdische nieuwsorganisatie Rudaw in Irak, toen sjiitische partijen probeerden om in het Iraakse parlement een wet erdoor te drukken waarin werd opgeroepen om Iraans-Koerdische oppositiebewegingen te verjagen van Iraaks grondgebied. Mijn collega’s en ik ontdekten dat Soleimani en de Iraanse ambassadeur in Irak, Iraj Masjedi, hierbij op de achtergrond een belangrijke rol speelden. Met onze onthullingen lieten wij zien hoe de Iraniërs probeerden om het Iraakse parlement te beïnvloeden. Daardoor keerde de publieke opinie zich tegen de voorgenomen wet, die uiteindelijk dan ook niet in stemming werd gebracht — al is het onduidelijk of het voorstel geheel van tafel is.
Jihad tegen de Koerden
In een van de eerste fatwa’s die Ayatollah Khomeini uitsprak nadat hij in 1979 aan de macht kwam, riep hij op tot een ‘jihad’ tegen de Koerden. Dit vanwege de Koerdische roep om zelfbestuur en democratie. Soleimani was op dat al aangesloten bij de net opgerichte Iraanse Revolutionaire Garde en nam deel aan de aanvallen op Koerden in Iran.
Maar dat was voor hem niet genoeg. Na de omverwerping van het Iraakse regime van Saddam Hoessein door de Verenigde Staten en hun bondgenoten maakte Iran gebruik van het ontstane machtsvacuüm om zijn invloed in Irak te vergroten. Van 2003 tot aan zijn dood op 3 januari, werd dit ‘project’ geleid door Soleimani, die hiervoor gebruik kon maken van de inlichtingennetwerken van de Quds brigade in Iran.
Explosieven
Soleimani bedacht meerdere terroristische plannen om het hoofdkwartier van de Iraans-Koerdische oppositie in Noord-Irak aan te vallen. Op 8 augustus 2015 plande hij een bomaanslag op het hoofdkantoor van de Iraans-Koerdische politieke partij Komala. Het plan mislukte doordat de explosieven ontdekt werden en ontmanteld konden worden door de beveiligers van Komala. Op 8 september 2018 werden de kantoren van de Koerdische oppositiepartijen PDK en PDKI in Noord-Irak geraakt door lange afstandsraketten van de Quds brigade. Daarbij vielen vijftien doden en meer dan veertig gewonden.
Kirkuk
Een jaar eerder, op 25 september 2017, had de bevolking van de Koerdische regio van Irak in een referendum gestemd voor een onafhankelijk Kurdistan. Als een reactie hierop, smeedde Soleimani een plan voor een militaire inval in het Iraakse Kirkuk, wat op dat moment onder controle stond van de Koerdische Peshmerga. Op 16 oktober 2017 viel de door Iran gesteunde sjiitische militie Hashad al-Shaabi daadwerkelijk Kirkuk binnen. Geholpen door een groep militairen onder leiding van Soleimani, was deze militie verantwoordelijk voor de moord op Koerdische burgers in Kirkuk. Volgens Koerdische bronnen vielen er tientallen doden. Uit angst voor de wandaden van de militie sloegen tienduizenden burgers op de vlucht.
In oktober 2019 gingen woedende Irakese burgers massaal de straat op om hervormingen te eisen van de Irakese regering. Toen duidelijk werd dat de Irakese premier Adel Abdul Mahdi zou gaan aftreden, zette Soleimani Iraaks-Koerdische politici onder druk om een opvolger te steunen die de goedkeuring heeft van Iran.
Turkse inval
Bij de Turkse militaire operatie in de Koerdische regio in Noord- en Oost-Syrië speelde Soleimani opnieuw een rol. Hij steunde Erdogans beleid van etnische zuivering vanaf het begin. Het begon in januari 2018 met de Turkse inval in de Koerdische stad Afrin in het noorden van Syrië en culmineerde in de bezetting door Turkse troepen (en gelieerde Syrische strijdgroepen) van grote delen van Noord- en Oost-Syrië in oktober 2019 – nadat de Verenigde Staten de Koerden lieten vallen als bondgenoten in Syrië. De inval is een opzichtige poging om een eind te maken aan het autonome bestuur van de Koerdische regio Rojava.
De afgelopen tijd zijn door de politieke koers van Erdogan alle pogingen om de Koerdische kwestie in Noord-Turkije op te lossen door bemiddeling tussen de PKK en het Turkse regime, gefaald. Soleimani deelde informatie over PKK-leden in Irak door met Erdogan, met als direct gevolg een dodelijke aanslag in Iraaks Koerdistan op de prominente PKK-leiders Dhaki Shankali en Diyar Gharib.
Opvolger
Het nieuws van de liquidatie van de terrorist Soleimani is door de Koerden met vreugde ontvangen — vooral door de Koerdische moeders van kinderen die in opdracht van Soleimani zijn vermoord. Helaas zal de repressieve Iraanse staat waarschijnlijk een opvolger aanwijzen voor Soleimani om zo haar politiek van repressie, sabotage en terrorisme in het Midden-Oosten te kunnen voortzetten. De Iraans-Koerdische oppositiegroepen moeten zich hierop voorbereiden. Alleen als zij de handen ineen slaan, staan ze sterk tegenover een nieuwe Soleimani.
Vertaling: Rob Hartgers
Over de auteur
Over de auteur
Bahman Azarmidkht
Bahman Azarmidkht (1989) is een Iraans-Koerdische activist en journalist. Hij spreekt en schrijft Farsi, Koerdisch, Arabisch en Engels. Tot 2017, het jaar waarin hij vanwege ernstige bedreigingen met zijn familie naar Europa vluchtte, werkte hij in de Iraakse hoofdstad Bagdad voor Rudaw Media Network (krant, radio en televisie). Azarmidht is lid van de Komala party of Iranian Kurdistan.