Vier haltes lopen
5 december 2019
door Forough Tamimi en
Een mooi meisje, vier jaar oud of misschien net vijf geworden. Met lange, versierde staartjes. Het is een zonnige middag in Amsterdam West. Zij loopt voor mij en achter haar mama aan.
Ik moet nog vier haltes lopen. Ik wist niet dat vandaag het openbaar vervoer zou gaan staken. Ik loop achter het meisje aan op de stoep. Plotseling dringt het tot me door dat haar moeder, die een paar meter vooruitloopt, aan het schreeuwen is. Ik zie haar moeders gezicht niet helemaal, maar weet dat zij vast erg gespannen is en haar dochter, die achter haar aanloopt en zich misschien alleen voelt, niet ziet.
Haar mama is jong, niet ouder dan vijfentwintig. Zwartgekleed, een strakke legging, blote armen, geblondeerd haar en lange hakken. Ik hoor haar harde toon, zie hoe haar hoofd met mobiele telefoon in haar hand heen en weer beweegt, en hoe zij boze gebaren van beschuldiging, ontkenning en bedreiging maakt. We zijn op dat moment alle drie achter elkaar op de stoep. Er zijn geen winkels in de buurt en niemand anders is op straat. Het is warm. Ik vermoed dat haar hand nat is van zweet en stress. Het kleine meisje loopt, met gebogen hoofd, langzaam voor mij en op een lange afstand van haar mama.
De moeder is woedend. Haar huilerige stem wordt steeds luider en cynischer. Ze spreekt Arabisch en Nederlands door elkaar. Zij heeft een Amsterdams accent en zegt herhaaldelijk dingen zoals: “Wacht maar klootzak, je moet ons alimentatie betalen, we hebben er recht op, de rechter heeft het bepaald, we zullen zien! Het kan mij niks meer schelen, ga naar de hel…”
Tegelijkertijd roept ze Allah aan, en ik vermoed ze roept Allah als getuige van haar eerlijkheid en oprechtheid.
Allah als getuige
Het is niet moeilijk om te veronderstellen dat zij met haar ex een ruzie heeft en dat er een echtscheiding gaande is. Zij woont nu misschien alleen met haar kleine dochter of bij haar ouders. Haar woede heeft haar veroverd. Allah moet hem straffen want hij deugt niet. Haar ex wil misschien niet meer voor hun dochter betalen en heeft haar leven zuur gemaakt.
De kleine is moe en verdrietig. Maar ze heeft geen andere keuze. Een paar keer roept ze klagend haar moeder. Haar moeder, die niet een keer omkijkt, is met haar papa aan het vechten en hun dochter op straat opeens helemaal vergeten.
Ik durf niks te zeggen natuurlijk, maar ik voel me nu een beetje bezorgd. Ik kan me best voorstellen in wat voor soort situatie de moeder zich nu bevindt. Daarom is zij voor een paar minuten haar kleine vergeten. Zij hoort haar kleine stappen en weet dat ze achter haar mama loopt. Het meisje kijkt me een paar keer aan. Met een knipoog zeg ik: “Je hebt een mooie tas, heel mooi toch?” Ik heb nog drie haltes te gaan en ik wil het meisje niet alleen laten, zeg ik tegen mezelf. Zij mag zich niet helemaal alleen voelen.
Een oude man passeert ons, kijkt met een aardige blik naar het meisje en zegt lachend tegen mij: “Gelukkig begrijp ik niks van haar mama’s praatje, wauw, een echte boze tijgerin!”
Ik ben vaak getuige geweest van scheve relaties, waarin de ene meer macht heeft om de ander te intimideren. Ondanks dat we niks met elkaar te maken hebben en ik niets over haar weet en geen recht heb om hen te beoordelen kan ik als vrouw me best voorstellen waarom zij nu op straat als een vulkaan uitbarst. Zij is mondig en weet tenminste hoe ze voor haar rechten moet opkomen.
Leila en Ebrahim
Ik herinner me opeens een ander verhaal. Het verhaal van Leila. Haar ouders komen uit Marokko. Zij is 27 jaar oud en heeft een relatie met Ebrahim die ook in Nederland geboren en getogen is. Zijn ouders komen uit Turkije. Ebrahim heeft een relatief vrije opvoeding gehad, hij houdt van moderne vrouwen en heeft een hekel aan de ouderwetse regels en sociale controle binnen de islamitische gezinnen in zijn omgeving.
Leila moest haar relatie met hem geheim houden. Het is niet halal om niet getrouwd te zijn en een minnaar te hebben. Volgens haar oudste broer mag Leila nooit met een niet-Marokkaanse man trouwen. Haar vader en broer bemoeien zich met alles in haar leven.
Leila heeft een baan, maar zij woont nog steeds bij haar ouders. Door de week logeert ze soms bij haar vriend, maar elke keer zegt ze tegen haar ouders dat ze bij haar vriendin gaat slapen. Leila’s angst voor haar broer en vader is heel groot. Zij durft hen nooit te vertellen dat ze een Turkse vriend heeft. Leila durft ook niet tegen haar ouders te zeggen dat zij met Ebrahim wil samenwonen of trouwen. De laatste keer dat ik bij haar op de stoel zat vertelde ze me dat ze een oplossing heeft gevonden, een bizar plan!
Zij gaat een neptrouwerij met een Marokkaanse man regelen en een paar maanden later van hem scheiden. Als een gescheiden vrouw heeft ze meer zeggenschap en vrijheid om zich van het ouderlijk gezag los te maken. Bovendien, in de ogen van haar broer en vader is zij dan niet meer maagd en elke man die met haar wil trouwen wordt dan met open armen geaccepteerd om toch hun last te verminderen.
Het lijkt een perfect plan, vindt Leila. Als een alleenstaande vrouw gaat ze zich daarna met Ebrahim verbinden. Ik heb haar gewaarschuwd om dit te vergeten. Het is niet eerlijk en makkelijk om zo’n toneelstuk te spelen. Ik vraag me af waarom Leila zo’n hoge prijs voor haar vrijheid moet betalen, terwijl ze een moderne vrouw is en in een modern land woont. Maar tegelijk heb ik veel begrip voor haar situatie en haar angst. Ik raad haar aan om met een therapeut te praten.
De zwartgeklede vrouw is eindelijk stil. Zij houdt nu haar dochters hand vast en lijkt uitgeput. Zij lopen rustig weg en ik denk aan het rare plan van Leila.
Ik heb nog een halte te gaan.
Fotografie: © Rob Godfried
Dit stuk verscheen eerder op de website van onze partner Majalla.nl
Over de auteur
Over de auteur
Forough Tamimi
Forough Tamimi is geboren en opgegroeid in Iran. In Nederland heeft ze culturele antropologie gestudeerd. In de afgelopen vijftien jaar heeft Forough gewerkt als onderzoeker, coach en journalist. Met name schrijven over vluchtelingenproblematiek spreekt haar zeer aan. Zij vindt dat de levensverhalen van vluchtelingen en hun bijdragen aan de Nederlandse samenleving sterk onderbelicht zijn.