Verkiezingen in Iran zijn een schijnvertoning
16 juni 2021
door Omid Safari en
Op 18 juni mogen Iraniërs naar de stembus om een nieuwe president te kiezen. Maar veel keuze is er niet. Actievoerders roepen op tot een boycott van de verkiezingen.
Maar liefst 572 personen wilden zich verkiesbaar stellen als nieuwe president van de Islamitische Republiek Iran. Slechts zeven eindigden er uiteindelijk op het stembiljet. Alle zeven zijn ze toegewijd aan ayatollah Ali Khamenei, de hoogste religieuze en politieke leider van het land. De rest van de kandidaten werd om onduidelijke redenen gediskwalificeerd door de selectiecommissie.
Overal ter wereld zijn verkiezingen een symbool van democratie en vrijheid. Ze staan voor een samenleving waarin een volk zelf zijn lot bepaald. Zo is het ook in Iran, althans in theorie. Volgens de Iraanse grondwet worden om de vier jaar presidentsverkiezingen gehouden. De president is verantwoordelijk voor de naleving van de grondwet. Hij is de tweede persoon in de regering, na de hoogste politieke en religieuze leider, de ayatollah. Maar in de praktijk zijn presidenten slechts de uitvoerders van de bevelen van het Iraanse leiderschap. Ze spreken met de media, reizen de wereld over om andere regeringsleiders te ontmoeten, maar het is allemaal window dressing. Echte macht hebben ze niet.
De schijn van democratie
Iraanse verkiezingen zijn een show die iedere vier jaar wordt opgevoerd om de schijn van democratie op te houden. Om mee te mogen doen aan de verkiezingen moeten kandidaten worden goedgekeurd door de Raad der Hoeders van de Grondwet. De twaalf leden van de Raad zijn geestelijken (mullahs) die direct of indirect worden verkozen door ‘Opperste leider’ Khamenei. Kandidaten die kritiek hebben op het leiderschap van de Islamitische Republiek en haar instellingen, zoals de Revolutionaire Garde, die goede betrekkingen met de westerse wereld willen aanknopen, of die enige vorm van echte democratie in Iran willen, maken geen schijn van kans. Volgens de grondwet van de Islamitische Republiek moet de president bovendien een man zijn. Vrouwen worden bij alle verkiezingen actief aangemoedigd om te stemmen, maar zelf kunnen ze zich niet verkiesbaar stellen.
Geen onafhankelijke partijen
Iran heeft meerdere politieke partijen, maar dit zijn doorgeefluiken voor de ideeën van Khamenei. Werkelijk onafhankelijke partijen kent Iran niet. Er zijn in de afgelopen veertig jaar, sinds het ontstaan van de Islamitische Republiek, wel partijen geweest die kritisch waren over de hoogste leider, maar die kregen geen vergunning om deel te nemen aan verkiezingen, of hun vergunningen werden ingetrokken. In sommige gevallen werden partijkantoren aangevallen en de bestuurders gearresteerd en veroordeeld. Hier zullen de Iraniërs in de media weinig van meekrijgen. In het laatste rapport van Reporters Without Borders staat Iran op de 174e plaats van 180 landen als het gaat om persvrijheid. In hetzelfde rapport scoort Iran heel hoog op de lijst van landen die journalisten opsluiten.
Zelfs als een presidentskandidaat de verkiezingen wint nadat miljoenen Iraniërs hun stem op hem hebben uitgebracht, moet hij volgens de grondwet eerst de goedkeuring krijgen van de Raad der Hoeders voordat hij het ambt daadwerkelijk kan bekleden. De ayatollah kan een president bovendien op ieder gewenst moment ontslaan met een eenvoudige ontslagbrief. Dat overkwam Bani Sadr, de eerste president van Iran na de Islamitische Revolutie. Hij werd met slechts een paar woorden door toenmalige leider Khomeini uit het presidentschap gezet en zag zich gedwongen Iran te ontvluchten (hij woont nu in Frankrijk).
Voortdurende sabotage
Toen Mohammad Khatami, die in 1997 met 22 miljoen stemmen werd verkozen tot president, hervormingen wilde doorvoeren, deden het Iraanse leiderschap en zijn conservatieve bondgenoten er alles aan om te voorkomen dat hij zou slagen in zijn missie. Aan het einde van zijn presidentschap zei Khatami dat in de acht jaar dat hij president was, er iedere negen dagen een crisis werd gecreëerd voor zijn regering.
De huidige president Hassan Rouhani diende twee termijnen, maar kon weinig van zijn politieke beloften aan het Iraanse volk nakomen. De reden voor dit onvermogen is de voortdurende sabotage door militaire, veiligheids- en justitiële instellingen onder bevel van het hoogste leiderschap van Iran.
Boycott van de verkiezingen
Toch blijft de Iraanse regering het volk aanmoedigen om actief deel te nemen aan de verkiezingen voor het presidentschap of het parlement. Een grote opkomst bevestigt in de ogen van het regime de legitimiteit van de verkiezingen. Maar voor Iraniërs valt er weinig te kiezen. Ze hebben geen enkele invloed op het politieke proces. Een onafhankelijke en vrijheidslievende presidentskandidaat die hervormingen nastreeft is bij voorbaat kansloos. Bij veel eerdere verkiezingen stond de uitslag vooraf al min of meer vast.
De frustratie hierover is groot. Een groeiende groep Iraniërs weigert deel te nemen aan deze farce. Oppositiegroepen en actievoerders roepen mensen op om de verkiezingen te boycotten zolang er geen echte verandering mogelijk is. Veel Iraniërs lijken hier gehoor aan te willen geven. Volgens een opiniepeiling van een staats-televisiezender zou slechts 30 procent van de bevolking van plan zijn om te gaan stemmen, een ongekend laag percentage. Ayatollah Khamenei begint zich ook zorgen te maken over de opkomst. Hij riep de bevolking op om de boycott-actie te negeren.
Foto boven dit artikel: Protest tegen Iraanse verkiezingen van 2009. (fotograaf: killerturnip, via Flickr, CC BY-NC-ND 2.0)
Over de auteur
Over de auteur
Omid Safari
Omid Safari is een Iraanse journalist, schrijver, vertaler en radio- en tv-presentator die sinds drie jaar in Nederland woont.