Protesten in Belgrado
12 april 2019
door Goran Trkulja en
Al maandenlang komen iedere zaterdag duizenden mensen in Belgrado en andere grote steden van Servië bijeen om te protesteren tegen president Vučić. Ze hebben de president een deadline gesteld die aanstaande zaterdag 13 april afloopt. Deze luidt: pak je spullen en vertrek. Dat meldt een vereniging van oppositiepartijen (de Bond voor Servië) die samen met enkele burgerbewegingen de protesten aanvoert.
De belangrijkste eisen die zaterdag gesteld gaan worden zijn het ontslag van de president, de premier en de voorzitter van het parlement. Daarnaast eisen de demonstranten de bevrijding van de media uit handen van mediatycoons die zich achter de macht hebben geschaard. De laatste eis is om binnen negen maanden nieuwe verkiezingen uit te schrijven.
Autocratische houding wekt ophef
Deze laatste eis is duidelijk een oproep van de oppositie partijen binnen de Bond. Men hoopt hiermee de woede van de burgers te kanaliseren, richting een eerlijke verdeling van de politieke macht. Bij de laatste verkiezingen van 2016 heeft Vučić met zijn populistische Servische Progressieve Partij (SNS) de oppositie namelijk vernederd. De SNS kwam als grootste uit de bus en is, met 105 van de in totaal 250 parlementszetels, vijf keer zo groot als hun coalitiepartner, de Servische Socialistische Partij, die met 22 zetels tweede werd.
Inmiddels heeft Vučić door zijn autocratische manier van regeren, demagogische houding en alomtegenwoordige aanwezigheid in de media, voor veel ophef gezorgd. De demonstranten zijn middelbaar of hoger opgeleid en vallen binnen alle leeftijdsgroepen en politieke oriëntaties. Ze zien de president en zijn politieke kliek als een belediging van hun burgerlijke en menselijke waardigheid.
Verdeelde oppositie
De demonstrerende oppositie kan echter niet door één deur wanneer het gaat over de meest prangende (geo)politieke kwesties die Servië aangaan: Kosovo en de Europese integratie. Deze standpunten hebben ze doorgeschoven voor na de verkiezingen: eerst de macht pakken, dan pas compromissen sluiten. Het was de enige mogelijke uitweg in een situatie waarin de rechts-nationalistische partij Dveri een verbond wil maken met de gematigde Democratische of Linkse partij. Echter, zonder een duidelijk en eensgezind standpunt over de voormalige Servische provincie Kosovo, maakt de oppositie geen schijn van kans om Vučić te verslaan. Kosovo is het gladste en meest fragiele politieke terrein, waarop je makkelijk uitglijdt en in politiek diskrediet raakt.
Kosovo functioneert sinds 2008 als een semi-zelfstandig land, maar is nog niet door iedereen als dusdanig erkend. Vijf EU landen (Griekenland, Spanje, Cyprus, Slowakije en Roemenië) beschouwen dit als onderdeel van Servië. Om een serieuze kans te maken op toetreding tot de EU, moeten Servië en Kosovo hun betrekkingen ‘normaliseren’. Iets wat moeizaam gaat aangezien de, door Brussel gefaciliteerde, onderhandelingen op dit moment zelfs helemaal stilliggen. Vučić, zo redeneert men in de EU, blijft in elk geval in onderhandelingsproces en zorgt voor stabiliteit op militair vlak. Dat hij de rechtsstaat en vrije pers uitholt en politieke tegenstanders continu belastert, maakt voor het gemak even niet uit.
Kosovo is een bittere pil
In Servië is er geen enkele politieke partij die over Kosovo durft of wil handelen op basis van de werkelijkheid. Dat geldt niet alleen voor politieke partijen, ook geldt dat voor een meerderheid in Servië.
De Serviërs staat een pijnlijk proces te wachten waarin ze moeten erkennen dat Kosovo niet meer tot Servië behoort. De rechten van de Servische minderheid en hun culturele erfgoed in Kosovo, maar ook de door de Kosovaarse staat genationaliseerde en overgenomen nutsvoorzieningen zijn zwaarwegende onderhandelingsmiddelen in dat onderhandelingsproces. Totdat dat proces begint, is Vučić veilig en hoeft hij niet te vrezen voor zijn positie. Vervroegde verkiezingen of niet..
Over de auteur
Over de auteur
Goran Trkulja
Goran Trkulja is geboren in 1959 in een klein dorpje in Vojvodina, een provincie van Servië in voormalig Joegoslavië. Hij werkte als freelance journalist voor o.a. weekblad Vreme (Belgrado) en Radio Sarajevo en was verslaggever, commentator en adjunct-hoofdredacteur van dagblad Glas (Banja Luka).
In 1992 kwam hij als politiek vluchteling naar Nederland. Hier werkte hij als freelance journalist en radiomaker voor o.a. De Volkskrant, Trouw, Brabants Dagblad, Drentse Courant, Humanistische Omroep Stichting, VPRO en de EO.
Tussen 2016-2018 begeleidde hij minderjarige alleenstaande vluchtelingen (AMV) uit Eritrea. Sinds 2022 is hij begeleider/coach/mentor en co-trainer van AMV-woonbegeleiders bij Nidos in Utrecht.
Af en toe schrijft hij opiniestukken en boekrecensies voor het mediaplatform Buka (www.6yka.com) in Bosnië en Herzegovina.