In Noord-Jemen is een zwarte huidskleur een vloek

3 september 2020

door Saeed Al-Gariri en

In Noord-Jemen is een zwarte huidskleur een vloek

De moord op George Floyd toonde racisme tegen zwarte mensen in de Amerikaanse samenleving. Er volgde een wereldwijde explosie van woede en solidariteit. Maar de wereld heeft geen weet van het racisme in Noord-Jemen. Zwarte Jemenieten worden gemarginaliseerd op grond van hun huidkleur en etniciteit.

In Jemen woedt al vijf jaar lang een gewelddadige oorlog. De Houthi-rebellenbeweging in Noord-Jemen voert strijd met groepen uit Zuid-Jemen. In de milities van de Houthi’s vechten naast Houthi-strijders ook zwarte Jemenieten. Voor deze mensen gebruiken Houthi’s de vernederende bijnamen ‘al-Akhdam’ (‘de dienaren’) of ‘Bilals nakomelingen’, een verwijzing naar Bilal ibn Rabah (580-640 AD), een zwarte voormalige slaaf van Ethiopische afkomst en een van metgezellen van de profeet Mohammed. Houthi’s zien zichzelf als Hasjemieten, wat letterlijk betekent ‘Mohammeds nakomelingen’.*

Dit is tekenend voor de racistische stratificatie die Houthi’s hanteren voor de bevolking van Noord-Jemen. Op de eerste plaats komen zijzelf, ‘Mohammeds nakomelingen’. Daarna de ‘gewone’ moslims. Helemaal onderaan de maatschappelijke ladder staan ‘Bilals nakomelingen’.

Goddelijk recht

De racistische stratificatie van de maatschappij is een politiek project van de Houthi’s. Ze vinden dat zij als Hasjemieten een ‘goddelijk’ recht hebben op een vijfde van de rijkdom van Jemen. Deze belasting (‘khums’) betaald worden over alle winst uit de winning van olie, gas, goud, zilver, koper, diamanten, agaat, smaragd, turkoois, bitumen, water, zout, kwik, edelsteen, gneis (een mineraalrijk gesteente), marmer, en andere mineralen van waarde. Ook moet ‘khums’ worden betaald op alles wat uit de zee wordt gewonnen, zoals vis, parels en barnsteen, en op honing, indien verkregen uit bomen of grotten.

Tweederangs burgers

Zwarte Jemenieten vormden altijd al een minderheid binnen de Jemenitische samenleving. Zij leven al eeuwen aan de rand van het sociale, politieke en economische leven. Dit heeft ertoe geleid dat ze zich hebben teruggetrokken en in semi-geïsoleerde nederzettingen wonen, vaak in hutten gemaakt van stro of andere goedkope materialen die hen niet beschermen tegen de kou in de winter of de hitte in de zomer. Ze zijn kwetsbaar voor dodelijke ziekten en epidemieën als gevolg van hun erbarmelijke situatie, waarin ze meestal leven zonder elektriciteit, schoon water, sanitaire voorzieningen, schoon voedsel, en zonder gezondheidszorg en onderwijs.

Hoewel zij net als de meeste andere Jemenieten Arabisch spreken en moslim zijn, worden ze in Noord-Jemen niet alleen behandeld als tweederangs burgers, maar soms zelfs geheel niet als burgers beschouwd. Vandaar dat zwarte Jemenieten zichzelf aanduiden als ‘Al-Muhamasheen’ (‘de gemarginaliseerden’). Er zijn verschillende schattingen van het aantal van de Muhamasheen in Jemen, uiteenlopend van 500.000 tot 3,5 miljoen individuen.

Afranselingen en martelingen

Racisme tegen Muhamasheen komt in verschillende vormen voor, inclusief het verbaal beledigen door het gebruik van vernederende bijnamen. Dit misbruik is niet beperkt tot volwassenen, maar vindt ook plaats onder kinderen, op straat of op school. In een samenleving waarin je ‘wortels’ en de stam waartoe je behoort heel belangrijk zijn, worden zwarten gezien als een groep die niet geworteld is in Jemen. Zo worden ze ook behandeld. Ze hebben weinig sociale rechten, krijgen niet de vrijheid om sociale kwesties te bespreken en worden door sommigen gezien als zijnde er alleen om anderen te dienen. Door anderen worden ze zelfs gezien als wilde dieren.

Het is een soort van vloek die Muhamasheen eraan herinnert dat ze niet thuishoren in de Jemenitische samenleving. Zij zijn in Noord-Jemen uitgesloten van politieke of administratieve rollen en werken voornamelijk in de schoonmaaksector. De oorlog heeft hun lijden verergerd. Een van de directe gevolgen van het conflict is de rekrutering door verschillende gewapende Houthi-milities. Dit gebeurd vaak met geweld of tegen financiële prikkels. Maar er zijn ook voorbeelden van willekeurige arrestaties, ontvoeringen, afranselingen en martelingen, die vaak met de dood eindigen.

Theocratische staat

In tegenstelling tot in het noorden, hebben zwarte Jemenieten in het zuiden wel burgerrechten en een gelijkwaardige positie in de samenleving tot zij in 1990 werden samengevoegd tot het huidige Jemen, waren Noord- en Zuid-Jemen onafhankelijke staten. In de communistische Democratische Volksrepubliek (Zuid-)Jemen werd geen onderscheid gemaakt tussen stammen. De noordelijke Jemenitische Arabische Republiek ontstond na een staatsgreep in 1962 als opvolger van het Koninkrijk Jemen, een theocratische staat waar raciale en sektarische discriminatie gewoon waren. De nieuwe noordelijke machthebbers zetten het beleid van hun voorgangers voort, waardoor een racistische mentaliteit bleef bestaan in de diepten van de samenleving.

Geen groet aan de zwarte generaal

Ten tijde van het Britse kolonialisme en daarna het communistische regime was de zuidelijke hoofdstad Aden een kosmopolitische stad. Zwarte Jemenieten bekleedden er leidinggevende posities, ook in het leger. Toen zuidelijke militaire leiders na de unie tussen het noorden en het zuiden in mei 1990 naar de nieuwe hoofdstad Sanaa gingen, kregen ze een onaangename verrassing; noordelijke soldaten en officieren weigerden een zuidelijke generaal te salueren omdat hij zwart was. Mahumasheen mochten in het geheel niet dienen in het noordelijke leger. Pijnlijk is het dat zij nu als huurlingen wel naar het front worden gestuurd.
Houthi’s zijn een stam van de zaidieten in Noord-Jemen (een stroming binnen het sjiisme) die zichzelf ook als Hasjemiet identificeren. Buiten Jemen vormen de Hasjemieten een belangrijke groep in Jordanië en Marokko (waar de koningshuizen Hasjemitisch zijn) en in Irak, Noordwest-Syrië, Libanon en Turkije, waar ze Alawieten heten.

 

Foto: Muhamasheen kinderen in Sadah, Jemen. Fotograaf: Julien Herneis (via Flickr Commons, CC BY-SA 2.0)

 

 

Waardeer dit artikel

Dit artikel lees je gratis. Vind je het artikel en onze inzet de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten blijken door een bijdrage. Zo help je onze journalisten en RFG Media.

Mijn gekozen bedrag: € -

Over de auteur

Over de auteur

Saeed Al-Gariri

Saeed Al-Gariri komt uit Zuid-Jemen. Hij is geboren op 14 oktober 1962 in Hadramaut. Hij promoveerde in de Arabische taal en literatuur aan Al Mustansiriya Universiteit in Irak en werkte dertig jaar aan de Universiteit van Aden en de Universiteit van Hadramaut. Hij was hoofdredacteur van het literaire tijdschrift en het tijdschrift over cultureel erfgoed van de Schrijversunie in Hadramaut. Daarnaast schreef hij in vele Arabische kranten en tijdschriften, meestal over literatuur, cultuur en politiek. Hij heeft ook vijf boeken in het Arabisch uitgegeven. Inmiddels woont hij bijna vier jaar in Nederland.

Naar profielpagina