Het bloed van Congolese kinderen smeert de Amerikaanse economie

29 december 2019

door Oscar Delo en

Vijf Amerikaanse techreuzen, waaronder Apple en Microsoft, worden aangeklaagd voor uitbuiting van Congolese kinderen.

Het geluk van sommigen maakt het ongeluk van anderen: de Verenigde Staten zijn ’s werelds leidende economische macht. Tenminste vijf Amerikaanse bedrijven maken zich schuldig aan de uitbuiting van Congolese kinderen ten behoeve van hun winst.

IRAdvocates, een internationale juristenorganisatie die zich inzet voor mensenrechten en corporate accountability, diende maandag 16 december 2019 bij het Federale Hof van de Verenigde Staten een klacht in tegen autofabrikant Tesla en de Amerikaanse technologie- en informaticareuzen Apple, Microsoft, Dell en Alphabet (Google). 

Deze bedrijven worden beschuldigd van medeplichtigheid aan de dwangarbeid van duizenden kinderen in de kobaltmijnen van de Democratische Republiek Congo. De juristenorganisatie vertegenwoordigt veertien Congolese slachtoffers.

Instorting mijnentunnels

IRAdvocates wil dat deze bedrijven een schadevergoeding betalen aan de families van zes kinderen die om het leven kwamen als gevolg van instorting van de tunnels in deze mijnen. Andere kinderen zijn tijdens de winning van het erts gehandicapt geraakt. 

Kobalt is een zeldzaam metaal, cruciaal voor de productie van de oplaadbare lithiumbatterijen, mobiele telefoons en elektrische voertuigen, die de vijf bedrijven produceren. Het mineraal is dan ook essentieel voor hen. Congo heeft 60 procent van de mondiale kobaltreserves, maar de omstandigheden waarin kobalt in Congo gewonnen en verkocht wordt zijn beroerd. Kinderen worden er voor niet meer dan twee dollar per dag te werk gesteld in levensgevaarlijke omstandigheden.  

Deze zaak herinnert ons ook aan de aanklacht die een Congolese onderzoeks- en actiegroep in 2008 indiende tegen Sony Ericsson, Samsung en Nokia. Deze bedrijven worden ervan beschuldigd dat zij de oorlog in Congo mede in stand houden om mineralen, waaronder kobalt, te kunnen winnen. Die zaak loopt nog steeds. 

TIC & TELECOM, een online medium over economie en informatica, schrijft dat de kinderen van de families die de aanklacht hebben gedaan illegaal werkten in mijnen van het Britse mijnbedrijf Glencore, dat zijn kobalt weer verkoopt aan Umicore, een metaalhandelaar gevestigd in Brussel. Umicore verkoopt het vervolgens aan Apple, Google, Tesla, Microsoft en Dell. Het Chinese Zhejiang Huayou Cobalt wordt ook door de aanklagers genoemd omdat het levert aan Apple, Dell en Microsoft.

“Grootschalig misbruik” 

De advocaat van de families, Terry Collingsworth, tevens directeur van IRAdvocates, zei: “We zullen er alles aan doen om snel gerechtigheid te krijgen voor de kinderen die we vertegenwoordigen. In mijn vijfendertig jaar als mensenrechtenadvocaat heb ik nog nooit zo grootschalig misbruik van onschuldige kinderen gezien. Deze ongelooflijke wreedheid en hebzucht moeten stoppen.” 

Volgens Roger Liwanga, adjunct professor verbonden aan Hardvard, tevens lid van het collectief van internationale juristen, heeft IRAdvocates bewijs dat de kinderen van de aanklagers het slachtoffer zijn van misbruik en economische uitbuiting in de kobaltmijnen, die toebehoren aan leveranciers van de genoemde bedrijven. 

Paradox 

Congo is een ware paradox, een land dat tot de armste landen ter wereld behoort, waar de mensen in de donkerste ellende leven. En dat ondanks de onmetelijke rijkdom die het land heeft. De mijnen van Congo behoren tot de rijkste ter wereld, met zo’n vijftig soorten ertsen, waarvan slechts een dozijn wordt gedolven. Deze paradox is gevolg van grootschalige plundering waar internationale bedrijven zich schuldig aan maken.

De nationale mijnbouwwet van Congo verbiedt kinderarbeid in de mijnbouw, maar de betreffende bedrijven geven een deel van hun concessies aan mijnwerkers af om kobalt te winnen. Onder hen bevinden zich kinderen en volwassenen. Volgens de Internationale Arbeidsorganisatie ILO behoort deze vorm van kinderarbeid tot de ergste vormen, omdat het kinderen berooft van hun fundamentele vrijheden. 

De rechten van het kind worden beschermd, maar in sommige landen worden kinderen nog altijd misbruikt voor economisch gewin. Daar moet een einde aan komen. 

 

 

 

Waardeer dit artikel

Dit artikel lees je gratis. Vind je het artikel en onze inzet de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten blijken door een bijdrage. Zo help je onze journalisten en RFG Media.

Mijn gekozen bedrag: € -

Over de auteur

Over de auteur

Oscar Delo

Oscar Delo is afkomstig uit Democratische Republiek Congo (DRC). Hij studeerde psychologie aan de universiteit van Kinshasa en werkte in DRC als politiek journalist. Hij woont sinds 2010 in Nederland.

Naar profielpagina