Waarom ik juichte voor Syrië? Misschien is het nostalgie naar de dagen van voor 2011 en deze verdomde oorlog. Misschien is het omdat dit team een land vertegenwoordigt waarvan de vluchtelingen geen ander land hebben. Misschien is het een poging te ontsnappen aan het gevoel van vluchteling te zijn.

Toen ik in de noodopvang voor asielzoekers in de Amsterdamse Havenstraat begon te werken, in september 2015, hingen er op de muren A4-tjes met de mededeling dat de mensen daar enkele weken zouden verblijven, voordat ze zouden verhuizen naar een andere locatie en hun asielprocedure zou beginnen. Het werden acht maanden.

Bijna drie jaar geleden zag ik hem voor het eerst: Een kind van vijf in het kantoor van het IND in Den Bosch. Hij was aan het spelen. Toch leek hij niet op andere spelende kinderen, stotterend, zonder ouders.